Bespiegelingen over de zeespiegel

Spiegelzee – Salomon Kroonenberg – Uitgeverij Atlas Contact – 272 blz.

Een van de voorspelde verschijnselen die gepaard gaan met de huidige klimaatopwarming is de stijging van het zeeniveau met alle gevolgen van dien. In zijn boek Spiegelzee focust emeritus hoogleraar geologie Salomon Kroonenberg op recente zeespiegelrijzingen in het – volgens geologische normen – recente verleden.

Onze mensensoort, Homo sapiens heeft sinds zijn ontstaan en verspreiding over de aarde de zeespiegel al flink zien fluctueren. Ongeveer 120.000 jaar geleden, tijdens het Eemien, lag het zeeniveau ongeveer 6 m hoger dan tegenwoordig. In het koudste deel van de laatste ijstijd daarentegen, zo’n 18.000 jaar geleden, lag de zeespiegel ongeveer 120 m lager dan nu. De Noordzee was toen een poolwoestijn. De Rijn mondde samen met de Theems uit in de Atlantische Oceaan ongeveer ter hoogte van de huidige Golf van Biskaje. Onze mensensoort wandelde van India naar Sri Lanka en van Azië naar Noord-Amerika.

Kroonenberg neemt de lezer mee naar verschillende plaatsen op onze aarde en beschrijft heel uitgebreid en helder hoe we kunnen zien en meten waar de zeespiegel zich situeerde. Heel interessant om te lezen is hoe wetenschappers uit de bepaling van de verhouding van isotopen van zuurstof in kalkskeletjes in de diepzee kunnen afleiden hoe warm het zeewater destijds is geweest. Het is trouwens fascinerend hoe het samenspel van diverse wetenschapsdisciplines leidt tot harde conclusies.

De auteur is een nuchtere wetenschapper die sluitende bewijzen wil vooraleer hij iets aanneemt. Dat blijkt bijvoorbeeld uit het feit dat hij weigert de stelling aan te nemen van de Amerikaanse geologen William Ryan en Walter Pitman die beweren dat de plotse verbinding tussen de Middellandse en Zwarte Zee aan de basis ligt van het zondvloedverhaal. Deze doorbraak gebeurde op het einde van de laatste ijstijd via een waterval van wel honderd meter hoog. Hun artikel kende een grote mediabelangstelling maar Kroonenberg neemt het in dat verband op voor onderzoekers zoals de Canadese stuifmeelkundige Peta Mudie die op basis van analyses van eencellige organismen heeft bewezen dat het verhaal helemaal niet klopt. De verbinding tussen beide zeeën is volgens haar heel geleidelijk verlopen.

Salomon Kroonenberg beschrijft in zijn rijk geïllustreerde boek met enkele voorbeelden hoe de mens zich aanpaste aan deze veranderende omgeving. Door studie van de grondlagen in bepaalde grotten op het eiland Jersey kan worden aangetoond dat de Neanderthalers hun grondstoffen aanpasten aan de zeespiegel. Tijdens periodes met een lage zeespiegel gebruikten ze vuursteen om werktuigen te maken. Bij een hogere zeespiegel moesten ze hun grondstoffen hogerop zoeken waar volop kwarts aanwezig was. In de Pinnacle Point-grotten in Zuid-Afrika toont Salomon aan dat de mens zijn dieet aanpaste. Tijdens een lage zeespiegel werden vooral witte mosselen geconsumeerd die net onder de waterspiegel groeiden terwijl bij hoogwater vooral zwarte mosselen deel uitmaakten van het menu. Ook in een nog niet zo ver verleden pasten onze voorouders zich in onze streken aan door te wonen op opgeworpen terpen of natuurlijke donken.

Niet alleen de mens adapteerde zich. Kroonenberg haalt een onderzoek aan waaruit blijkt dat de ijsbeer het Eemien heeft weten te overleven. De temperatuur lag toen ongeveer 5 °C hoger dan nu. Deze Noordpoolbewoner wordt vandaag beschouwd als een van de eerste mogelijke slachtoffers van de huidige klimaatopwarming maar de auteur relativeert deze bewering op basis van het verleden.

De oorzaken van opwarming en afkoeling zijn nog altijd niet goed gekend. Rond 1920 kwam de Servische meteoroloog Milutin Milankovic met een verklaring voor de ijstijden. Deze zouden te wijten zijn aan kleine variaties in de excentriciteit van de aardbaan en kleine veranderingen in de hoek van de aardas ten opzichte van de omloopbaan. Ook de precessie van de aardas speelt een rol. Deze variaties bepalen de intensiteit en verdeling van zonnestraling op aarde en zijn daarmee verantwoordelijk voor de lange-termijn variaties in het klimaat. Deze schommelingen hebben we ook de laatste 2000 jaar meegemaakt. Tijdens de Romeinse periode en de vroege middeleeuwen (10 – 11de eeuw) was het vrij warm. Van 1300 tot 1850 maakten we een kleine ijstijd mee. Maar ook in het recente verleden blijken variaties voor te komen. Zo ontdekten Deense geologen op Groenland dat de gletsjers daar in de jaren 30 net zo hard smolten als nu. Tussen 1940 en 1975 groeiden ze weer aan om vanaf dan weer af te smelten.

Salomon Kroonenberg uit zich als een echte klimaatrelativist op het einde van het boek. Hij stelt zonder meer dat het niet bewezen is dat de extra koolstofdioxide in onze atmosfeer een versnelling van de zeespiegelrijzing in de hand werkt. Er zijn nog teveel factoren in het klimaat die we niet goed kennen zoals het verschijnsel van El Niño. Toch pleit hij voor een stop op het verbranden van fossiele brandstoffen omwille van het feit dat we waardevolle grondstoffen opstoken voor producten die we dagelijks nodig hebben.

Ook de extrapolatie van Kroonenberg om te stellen dat de mens zich wel zal adapteren aan de huidige zeespiegelrijzing is heel vlug gemaakt. De mens is flexibel maar er is een groot verschil tussen enkele Neanderthalers of mensen op een oppervlakte van enkele duizenden vierkante kilometers en enkele miljoenen mensen op een oppervlakte van enkele vierkante kilometers zoals in de delta van de Ganges-Brahmaputra. Bij een rijzende zeespiegel zullen in deze gebieden vluchtelingenstromen op gang komen die zware geopolitieke spanningen zullen meebrengen. De mens zal zich inderdaad wel aanpassen maar dit zal niet zonder slag of stoot gebeuren.

Los van het controversiële besluit van Kroonenberg is zijn boek Spiegelzee een zeer duidelijk en boeiend boek met veel illustraties, grafieken, curves en foto’s. Kroonenberg is een enthousiast verteller en kan putten uit zijn jarenlange ervaringen. Een mooie publiciteit voor het wetenschappelijk vakgebied van de geologie dat niet altijd op veel belangstelling kan rekenen.

Kris Muylle

Andere recensies

Olifant heeft kriebel – Kaj Driessen – Illustraties: Barbara de Wolf – Samsara – 40 blz. Hoe komt een olifant aan die kriebel op zijn rug? Of beter gezegd: hoe komt hij er van af? Hij probeert van alles, maar hij kan zelf niet...
Lees verder Categorie: Prentenboek
| Reageer!
De ontdekking van Holland – Jan Brokken – Atlas Contact – 302 blz. Dit boek draait om Hotel Spaander in Volendam. Al in de jaren tachtig van de vorige eeuw werd Jan Brokken attent gemaakt op het feit dat het ooit een verzamelplaats was...
Lees verder Categorie: Geschiedenis, Kunst & Cultuur, Non-fictie
| Reageer!
Ugly Girls – Lisa Bjärbo, Johanna Lindbäck, Sara Ohlsson – Vertaling: Lammie Post – Ploegsma – 256 blz. Toen ik dit boek in handen had vond ik het al heel bijzonder om te zien dat het door drie verschillende auteurs was geschreven. En nadat...
Lees verder Categorie: Young Adult
| Reageer!