Interview met uitgever Thille Dop

Thille Dop (1960) volgde het gymnasium Camphusianum te Gorinchem en studeerde daarna geschiedenis aan de UVA. Van 1985-1989 was ze bibliotheekmedewerker en verkoper bij het Nederlands Theater Instituut. Daarna begon haar carrière in de boekenwereld. Ze was redacteur bij uitgeverij Contact, promotie- en marketingmanager bij Luitingh-Sijthoff en redacteur bij Unieboek. In 2004 werd ze gevraagd de kinder- en jeugdboekenimprint Pimento op te richten, onderdeel van FMB-uitgevers. In 2007 heeft ze nog een keer een kinder- en YA-boekenuitgeverij opgericht, Moon, onderdeel van uitgeverij Dutch Media. Sindsdien werkt ze daar met veel plezier als uitgever.

Wilde je als kind als iets met boeken gaan doen? Zo nee, wat wilde je dan worden?

Ik kon op mijn vierde al lezen (mijn oudere zus speelde schooltje met mij) en ik las alles wat los en vast zat (ook de etiketten van de potjes op tafel met name als we nasi aten), maar ik woonde in een klein dorp aan de Linge met een boerderij en ik hielp de boer altijd. Zodoende wilde ik vroeger veearts worden.

Las je als kind veel en wat was je favoriete boek/serie/schrijver?

Ja, ik was het meest gelukkig als ik thuis een mooi boek aan het lezen was en op school ook. Ik zette mijn wekker vaak om vijf uur, zodat ik nog kon lezen voordat ik naar school ging (toen zat ik nog op de lagere school, op de middelbare school moest mijn moeder mij wakker maken). Het geheim van het wilde woud en Brief voor de koning van Tonke Dragt waren favoriet, maar ook In de ban van de ring van Tolkien, dat ik al op negenjarige leeftijd las. Mijn zus moest wel onder mijn bed kijken of de Zwarte Ruiters of Gollem daar niet zaten. Ik las ook veel oude jongensboeken die nog van mijn vader geweest waren, zoals: Op jacht naar boeven en meerkoet of Een tiendaagse in de wigwam, Kruimeltje, Paddeltje en Reina’s eerste HBS-jaar (dit boek is dan weer van mijn moeder geweest). En al die meidenboeken en series van Enid Blyton.

Wat is er leuk aan het uitgeversvak en wat minder leuk?

Heel leuk is dat geen dag hetzelfde is, dat je met mensen (auteurs, illustratoren, vertalers, uitgevers, rechtenmensen etc.) te maken hebt. Het is altijd een feest als de boeken van de binder komen, of als een illustrator haar/zijn tekeningen komt brengen. Minder leuk is dat je altijd ‘moet’ lezen. Je voelt je schuldig als je een boek voor je plezier leest dat niks met werk te maken heeft. Minder leuk is ook dat de boekhandel nu zo voorzichtig inkoopt. Bijna niemand durft zijn nek meer uit te steken (uiteraard niet iedereen), de variatie in de boekhandel wordt steeds minder, er is een crisis en er zijn veel redenen, maar ik geloof nog heilig in het boek en ik weet zeker dat je een boek nog steeds goed kunt verkopen. Je moet natuurlijk wel veel inspanning leveren en heel creatief zijn om de mensen naar je winkel te lokken.

Hoeveel manuscripten krijgt de uitgeverij ongeveer per maand toegestuurd? Hoe groot is de kans dat een manuscript uiteindelijk een boek wordt?

Spontaan toegezonden manuscripten? Ik denk ongeveer tien per maand. De kans is heel klein, maar er kan altijd een pareltje tussen de manuscripten zitten.

Wat zijn de criteria waarop besloten wordt met een schrijver in zee te gaan? Speelt het een grote rol dat iemand al redelijk bekend is?

Het boek moet goed geschreven zijn, dit wil niet zeggen dat het een literair boek moet zijn maar wij willen wel kwaliteit bieden. Er moet een markt zijn voor het boek. Bij de acquisitie moet je al weten hoe je het boek ‘in de markt’ gaat zetten en hoe je denkt de doelgroep te bereiken. Bij kinder- en jeugdboeken is dit lastig omdat voor jonge kinderen de ouders bepalen wat er gekocht en gelezen wordt en oudere kinderen tegenwoordig heel druk zijn met andere dingen. Van de auteur wordt tegenwoordig veel verlangd, o.a. scholenbezoek om op deze manier aan zijn/haar naamsbekendheid te werken, in het begin zal dit veelal gratis moeten. Als iemand al een BN’er is, is het gemakkelijker om publiciteit te genereren maar de inhoud moet nog steeds goed zijn, anders heb je veel problemen met de verkoop van een eventueel tweede boek. Nog steeds geldt: mond tot mond reclame is de beste reclame!

Heb je wel eens een schrijver afgewezen die elders doorbrak?

Ik heb wel schrijvers afgewezen die al eerder bij andere uitgeverijen gepubliceerd hebben. Over het algemeen zijn dit niet de schrijvers die het meest bekend zijn.

Denk je dat het e-Book het papieren boek uiteindelijk gaat overvleugelen en heb je zelf al een e-Reader?

Nee, dat denk ik niet, er zijn wel veranderingen gaande. Ik denk dat er een markt ontstaat voor het mooie, speciaal uitgegeven en dure boek dat je in je boekenkast zet. Het lekkere en ontspannen lezen bijvoorbeeld tijdens de vakantie zal veelal op de e-Reader plaatsvinden. Bepaalde non-fictie zal ook anders gelezen worden, denk aan reisgidsen, medische encyclopedieën. Prentenboeken en full colour geïllustreerde kinderboeken zullen als app verschijnen. Dit kan de verkoop van het ‘papieren’ boek stimuleren. Ja, ik heb een e-Reader en een iPad. Ik lees alleen voor mijn werk manuscripten hierop, bespaart veel papier om te printen en gesjouw en tijdens de vakantie zet ik mijn reserveboeken op de e-Reader. Scheelt veel gewicht. Het liefst lees ik nog een ‘echt’ boek.

Heeft het lezen van boeken nog een toekomst of zal er een kleine elite ontstaan die leest?

Men leest altijd, maar men leest inderdaad anders. Toch denk ik dat er altijd boeken gelezen zullen worden. Kijk nu maar op een mooie dag op het strand hoeveel mensen er een boek lezen. Lezen van boeken zal veelal tijdens vakanties als ontspanning gebeuren. Ook ligt het eraan of je als kind met boeken opgroeit. En digitaal boeken lezen is ook boeken lezen.

Wil je jouw favoriete top vijf boeken/schrijvers noemen?

Oei, dat is lastig omdat het wisselt en ik beroepsmatig veel lees en ik vind dat ik een aantal toptitels in mijn fonds heb, zoals

Hoe ik nu leef – Meg Rosoff (wat een overrompelende roman!)
Kolletje – Pieter Feller en Natascha Stenvert
Izzylove-boeken – Manon Sikkel
Mierenkolonie – Jenny Valentine

Maar boeken die ook diepe indruk hebben gemaakt zijn:

Deirdre en de zonen van Usnach – A. Roland Holst
Van oude mensen de dingen die voorbij gaan – Louis Couperus
Bonita Avenue – Peter Buwalda
Gloed – Sandor Marai
Alexander de Grote – Mary Renault

En dan lees ik ook heel graag jeugd- en YA-boeken van o.a. John Green, Marcus Zasak, Floortje Zwigtman, Janneke Schotveld

Kortom te veel om op te noemen, er verschijnt veel rotzooi, maar er verschijnen gelukkig heel veel mooie, ontroerende, humoristische en prachtige boeken

 

Andere recensies

Vrouwen rondom Johan de Witt – Samenstelling: Ineke Huysman en Roosje Peeters – Uitgevrij Catullus – 344 blz. Robert Fruin, Gerhard Willem Kernkamp (alleen deel 1) en Nicolas Japikse publiceerden van 1906 tot 1919 een zesdelige bronneneditie: Brieven aan en Brieven van Johan de...
Lees verder Categorie: Boek van de week, Geschiedenis, Non-fictie
| Reageer!
Kom binnen! Theater lezen over thuis – Ineke Kraijo en Marlies Verhelst – Illustraties: Marja Meijer – Gottmer – 120 blz. Wat een verrassende serie die door uitgeverij Gottmer uitgegeven wordt. Ik had er eerlijk gezegd nog nooit één ingekeken, omdat ik geen recensies...
Lees verder Categorie: Kinderboeken
| Reageer!
Op de vriendschap – Milla Shan – Vertaling: Siska Goeminne – Illustraties: Frank Daenen – De Eenhoorn – 32 blz. Een vriendje hebben is voor de meeste kinderen belangrijk. In dit prachtige prentenboek wordt op een speelse manier verteld en getekend over het ontstaan...
Lees verder Categorie: Prentenboek
| Reageer!