Den duvelsmakere

Jheronimus Bosch – Siggi Weidemann – Uitgeverij Omniboek – 382 blz.

Van het leven van Jheronimus Bosch is weinig geweten. De kunstenaar zag het levenslicht omstreeks 1450 in ‘s Hertogenbosch als vierde kind en jongste zoon van Anthonius van Aken en zijn vrouw Aleid van der Mynnen. Veel familieleden van Jheronimus waren zelf ook schilder en hij heeft ongetwijfeld zijn opleiding genoten in het atelier van zijn vader. Op dertigjarige leeftijd huwde hij met Aleid van de Meervenne, een vrouw uit een vooraanstaande, gegoede familie. Het huwelijk zal kinderloos blijven. In 1486/1487 wordt Bosch opgenomen als lid in de Illustre Lieve Vrouwe Broederschap. Dit bewijst dat de schilder groot aanzien genoot. Met zijn verrijkende en invloedrijke relaties speelde de broederschap een centrale rol in zijn leven, niet alleen als regelmatige opdrachtgever, maar ook omdat de broederschap de schilder in contact bracht met de adel en de patriciërs, zijn toekomstige klanten.

Het is in het register van de broederschap dat we in 1516 terugvinden dat er voor broeder Jheronimus Aquen alias Bosch, een requiem in de Sint-Janskathedraal werd gehouden. Mogelijks stierf hij aan pleuritis. In die periode heerste er in ‘s Hertogenbosch een epidemie van deze ziekte. Aan deze biografische gegevens van Jheronimus Bosch kunnen wat speculaties worden toegevoegd. Zo wordt hij niet vermeld in de stadsprotocollen tussen 1498/1499 en 1508/1509. Mogelijks is hij in deze periode in Italië geweest. Na die jaren wordt hij in de akten van de broederschap vermeld onder de Italiaanse naam Jeronimo. Maar op zijn late schilderijen zijn geen Italiaanse invloeden te vinden. Dit pleit dan weer tegen een verblijf in Italië.

De auteur Siggi Weidemann gebruikt deze beperkte biografische gegevens als rode draad in zijn verhaal. Hij beschrijft verder heel uitgebreid de wereld die Bosch moet hebben gezien en ervaren in zijn stad en de ruime omgeving. Die wereld was een belangrijke inspiratiebron voor de schilder. Samen met Brussel, Leuven en Mechelen was ‘s Hertogenbosch een van de belangrijkste steden in het hertogdom Brabant. De Bourgondische vorsten beleefden hun laatste jaren en het huwelijk van Maria van Bourgondië met de Habsburger Maximiliaan betekende het begin van een zeer woelige tijd. Maar niet alleen traden belangrijke politieke verschuivingen en de hieraan gekoppelde sociale onlusten op. Ook de geldeconomie begon zich te ontwikkelen en door de handelsstromen die op gang kwamen na de ontdekking van Amerika deden zich verschuivingen voor in de maatschappelijke klassen. Dergelijke overgangstoestand is een belangrijke voedingsbodem voor pessimisme. Bosch werd ook een zoekende. Hij probeerde met de keuze van zijn motieven en de manier waarop hij te werk ging een antwoord te vinden op de onrust.

Bosch leefde en werkte in de jaren waarvan de kunstwerken later onder de internationale naam van Oudnederlandse kunst zullen gecatalogeerd worden. In onze gewesten staan deze schilders bekend onder de verzamelnaam Vlaamse Primitieven. Bekende vertegenwoordigers waren onder meer Jan Van Eyck, Hans Memling, Rogier van der Weyden, Dirk Bouts en Gerard David. Jheronimus Bosch sloeg evenwel een andere, eigen weg in. Hij schilderde alleen wat hij zelf te vertellen had. De schilder maakte, als door een enorme telescoop gezien, de ondergang van de wereld en het gevoel verloren te zijn, zichtbaar in een wirwar van dwaze taferelen. Hij leek daarmee te willen zeggen dat we allemaal luchtwezens zijn en niemand verantwoordelijk is voor de chaos, want de zin van het leven is waarschijnlijk het oudste raadsel van de mensheid. Bosch’ voorstellingen gelden als een uitdagend antwoord op de vraag die steeds opnieuw werd gesteld: “Wat doet een mens eigenlijk hier op aarde, wat is zijn opdracht?” Het antwoord luidde: “Gods schepping op aarde op een creatieve manier voortzetten”. De kunstenaar visualiseerde de dagelijkse waanzin, bracht een behoorlijke portie humor in zijn wereld van de chaos. De hellen die hij schilderde, waren faustisch en indrukwekkend groots. Bosch was ook een van de eerste schilders in de Nederlanden die steeds opnieuw sociale thema’s aansneed in zijn werk. Bedelaars, armen en verstotenen hebben een bijzondere plaats in zijn oeuvre. Een aantal van zijn werken is speciaal aan deze groep gewijd, op andere treft men er veel details van aan. Bosch’ blik op de maatschappij houdt verband met zijn morele opvattingen. Veel van wat als zondig wordt gezien, koppelt hij aan het lidmaatschap van de onderste sociale lagen. Wie zijn leven niet inricht volgens de heersende, burgerlijke normen, wordt behandeld als een zondaar, een dwaas, een element dat dient te worden uitgestoten. Bosch dreef in zijn werken de spot met de geestelijkheid en de bovenlaag van de bevolking, die hij met argwaan bekeek.

Het feit dat hij sterk afweek van andere schilders uit die tijd betekent geenszins dat Bosch niet tot de bekende schilders van zijn tijd behoorde. De grote opdrachten die hij kreeg en de goede prijs die betaald werd voor zijn schilderijen, spreken tegen dat men afwijzend stond tegenover zijn reeds met welhaast surrealistische motieven gevulde, kleurrijke schilderijen. De invloed die hij uitoefende na zijn dood, was niet onbeduidend. Naast Bruegel en Dürer werd hij de meest gekopieerde schilder. Zijn schilderijen hingen in paleizen van vorsten en wat bewaard bleef, is voor het grootste gedeelte te danken aan de voorliefde van niemand minder dan koning Filips II van Spanje die alles van de meester waarop hij maar de hand kon leggen, bijeenbracht.

In 2016 was het precies 500 jaar geleden dat Jheronimus Bosch stierf. De markt werd dat jaar overspoeld door kunstboeken waarin gedetailleerd de schilderijen onder de loep werden genomen. In het boek van Weidemann is geen enkele illustratie opgenomen. Enige vertrouwdheid met het werk van Bosch is dan ook wel aangewezen, maar is zeker geen must. De auteur heeft zich volledig geconcentreerd op de schilder, zijn stad en zijn tijd en getracht al vertellend de motieven, de inspiratiebronnen en de drijfveren te ontrafelen van Jheronimus Bosch. Hij is hierin met verve geslaagd.

Kris Muylle

Andere recensies

Ferdinand Verbiest en de ontdekking van China – Veerle De Vos – Pelckmans – 341 blz. Ferdinand Verbiest (1623 – 1688) behoort zonder twijfel tot een van de meest onderschatte Vlamingen of Belgen. Gedreven door een niet te temmen bekeringsdrang en werkijver slaagde deze...
Lees verder Categorie: Biografie & Autobiografie, Geschiedenis, Non-fictie
| Reageer!
Net als ik – Muzoon Almellehan – Vertaling: Merel Leene – Kluitman – 240 blz. Dit is echt weer zo’n young adult boek waarvan ik hoop dat heel veel jeugd vanaf een jaar of 13 het gaat lezen maar zeker ook hun ouders. Ik...
Lees verder Categorie: Young Adult
| Reageer!
De pianostemmer – Daniel Mason – Vertaling: Lilian Schreuder – Hollands Diep – 397 blz. Het is eind negentiende eeuw. In Birma werkt een arts voor het Britse leger, Anthony Carroll, die er bijzondere methoden op na houdt om de vrede te bewaren. Zo...
Lees verder Categorie: Roman
| Reageer!