Europa’s verleden, heden en toekomst

Grand Hotel Europa – Ilja Leonard Pfeijffer – De Arbeiderspers – 547 blz.

Al heel wat boeken van deze auteur heb ik gelezen. Meestal heb ik niet zo erg genoten. In zijn boek over Genua, bedoeld als satire op o.a. het Italiaans machogedrag, ontging mij de satire en bevatte de tekst mij teveel ellende. Wat niet wil zeggen dat het niet goed geschreven is. Om deze reden was ik benieuwd naar en verrast na het lezen van zijn nieuwe roman, Grand Hotel Europa. Europa, een oud continent, waar vroeger iedereen tegenop keek. Is dat nog steeds zo? Hebben we heimwee naar de oude situatie of is er ook hoop voor de toekomst. Ilja Leonard Pfeijffer doet een heel geslaagde poging antwoorden te vinden op deze en andere vragen. Het is een caleidoscoop van verhalen, essays en andere vormen, die hij op kundige wijze door elkaar heeft weten te weven en zodoende een roman heeft neergezet die als pageturner aangemerkt kan worden.

In het eerste hoofdstuk komt de ik-figuur (Ilja Leonard Pfeijffer) aan bij Grand Hotel Europa. Het heeft al zijn beste tijd gehad, maar bezit nog steeds de grandeur van vroeger (een antieke leren chesterfieldfauteuil naast een Louis XV-stoel) en met een heuse piccolo, Abdul, onder leiding van majordomus Montebello.

 Helaas zijn na de verkoop aan een Chinees het portret van Paganini en de prachtige kroonluchter vervangen door een foto van Parijs respectievelijk een bundel kristalletjes van Swarowski. Van een Chinees zou gedacht kunnen worden dat de Chinese Kamer intact zou blijven, maar nee hoor, het is nu een Engelse pub. Ook de tuinen zijn veranderd in een jungle. In dit hotel ontmoet Pfeijffer interessante mensen. Neem Patelski, hij is een cultuurfilosoof, met wie hij graag discussieert, zoals over de identiteit van Europa en de klimaatproblematiek. Of de aandoenlijke dichteres Albane, die hij graag plaagt met haar onverzoenbare feminisme. Om maar niet te spreken over zijn escapades met een minderjarig meisje. Hij verblijft hier eigenlijk om orde te scheppen in zijn herinneringen, speciaal aan Clio, zijn vriendin, genoemd naar de muze van de geschiedschrijving. De relatie is verbroken. Geen wonder als hij op een gloedvolle kanonnade, waarin zij Italië dood verklaart, antwoordt met: “Wat ben je mooi.”

Het hotel kun je gerust zien als een metafoor. Het staat voor het continent Europa, dat zijn glans van vroeger aan het verliezen is. Moeten we net zoals in een museum hangen aan de nostalgie? Moeten we accepteren dat vanuit andere werelddelen de toeristen in grote horden hierheen komen? Het massatoerisme trekt mensen aan, maar vernietigt de oorspronkelijke situatie. Er komen elke dag meer toeristen naar Venetië dan de stad aan inwoners telt. Deze trend heeft Pfeijffer ook ontdekt in Skopje, Amsterdam en Giethoorn. Keurig geklede bediening die de toerist, gestoken in shorts en T-shirts, van hapjes en drankjes voorziet. Europese toestanden: ze zijn al eens eerder beschreven aan het begin van de vorige eeuw door Thomas Mann in De Toverberg. Toch ziet Pfeijffer het niet in als hopeloos als hij zegt: “de vraag is of dat erg is”. Waarom zou (Zuid-)Europa niet het doel van Noord-Europeanen mogen zijn of zelfs de stroom van asielzoekers uit het zuiden? Italië als tuin van Europa ? De auteur is kennelijk geen tegenstander van migratie, want hij merkt op dat het goed zou zijn de uitgestorven plekken, zoals het centrum van Venetië, te bevolken met asielzoekers.

Er is nog veel meer in dit boek aan de hand, eigenlijk teveel om hier te noemen. Zeer vermakelijk is de beschrijving van de mislukte documentaire, gedoemd wegens een te grootse opzet. De relatie met Clio, kunsthistorica van adel, die ook nog eens zeer scherpzinnig is, wordt fabuleus beschreven, waarbij hun ruzies zelfs hilarisch te noemen zijn. Zij, Ilja en Clio, ondernemen een zoektocht naar een verloren schilderij van Caravaggio, eigenlijk is het een perfect detectiveverhaal. De relatie loopt stuk op het vertrek van Clio naar Abu Dhabi, waar zij in een museum een baan heeft gekregen. Clio is overigens een volledig verzonnen figuur. De echte vriendin van Pfeijffer heet Stella en heeft tijdens het schrijven steeds de belevenissen van Ilja door hem verteld gekregen. Zij werd slechts eenmaal jaloers, toen Ilja de outfit van Clio had beschreven, “een spectaculair, kort, zwart jurkje, afgezet met een bloemmotief van witte glaskraaltjes en een wufte kraag van witte raffia, van Elsa Schiaparelli met zwarte open schoenen met een hoge hak van Fendi en lange, hangende, zilveren oorbellen van Gucci”, moest zij dat beslist ook hebben.

Vreemd is even dat Pfeijffer in het slot van zijn roman pretendeert dat die nog geschreven moet worden. Anderzijds is dat misschien een excuus voor de vele “lagen’ binnen de roman. Maar ook daar geloof ik niet in. Als je namelijk aandachtig leest, merk je vanzelf dat hij de regie strak in handen heeft, niets overbodigs zegt en ook niets aan de fantasie van de lezer overlaat. Wat er staat is precies datgene wat hij kwijt wil. Een goed voorbeeld daarvan is de introductie, in het begin van het boek, van Abdul, de piccolo. Later in het verhaal wordt duidelijk dat hij uit Afrika gevlucht is. Zijn dorp was met de grond gelijk gemaakt. Hij vertelt de auteur over zijn barre tocht naar Europa. Hoe hij bij zijn asielaanvraag gebruik heeft gemaakt van teksten van Aeneas en daardoor bijna geweigerd werd. Wat over de inhoud gezegd is, geldt vaak ook voor de vorm: de afwisseling van dialogen en beschouwingen zorgen ervoor dat het nooit saai wordt.

Is de Ilja Leonard Pfeijffer van het boek ook de auteur? Daar lijk het toch zeer sterk op. Beiden woonden in Genua. Beiden reizen vanuit hun woonplaats in Italië naar Nederland om lezingen te geven. Maar voor zover ik weet, heeft hij geen zoektocht naar een Caravaggio ondernomen en is Clio geen liefde van hem geweest. Voor het verloop van het verhaal maakt dat niet uit. Voorop staat: het engagement van de auteur is op alle bladzijden aanwezig. Hij is Europeaan!

Kees de Kievid

Andere recensies

Ferdinand Verbiest en de ontdekking van China – Veerle De Vos – Pelckmans – 341 blz. Ferdinand Verbiest (1623 – 1688) behoort zonder twijfel tot een van de meest onderschatte Vlamingen of Belgen. Gedreven door een niet te temmen bekeringsdrang en werkijver slaagde deze...
Lees verder Categorie: Biografie & Autobiografie, Geschiedenis, Non-fictie
| Reageer!
Net als ik – Muzoon Almellehan – Vertaling: Merel Leene – Kluitman – 240 blz. Dit is echt weer zo’n young adult boek waarvan ik hoop dat heel veel jeugd vanaf een jaar of 13 het gaat lezen maar zeker ook hun ouders. Ik...
Lees verder Categorie: Young Adult
| Reageer!
De pianostemmer – Daniel Mason – Vertaling: Lilian Schreuder – Hollands Diep – 397 blz. Het is eind negentiende eeuw. In Birma werkt een arts voor het Britse leger, Anthony Carroll, die er bijzondere methoden op na houdt om de vrede te bewaren. Zo...
Lees verder Categorie: Roman
| Reageer!